Dankzij de stikstofcrisis staan de Nederlandse natuurgebieden volop in de belangstelling. Iedereen vindt het prettig als er in Nederland veel natuur is, met daarin veel verschillende soorten planten en dieren. Maar om dat goed samen te laten gaan met andere activiteiten, moet dat wel op een verstandige manier gebeuren. Daarom pleit SGP-jongeren ervoor om oude natuurgebieden af te maken voordat aan nieuwe wordt begonnen.

Ecologische verbindingszones

Nederland kent veel verschillende soorten natuurgebieden. De bekendste daarvan zijn de Natura 2000-gebieden. Nederland is de verplichting aangegaan in de Europese Unie om die gebieden in stand te houden, wat wil zeggen dat we moeten voorkomen dat bepaalde bijzondere soorten in die gebieden verdwijnen. Ook landelijk wordt er werk gemaakt van het onderhouden van bepaalde natuurgebieden, zoals het Natuurnetwerk Nederland (NNN).

Veel natuurgebieden in Nederland zijn relatief klein, en dat maakt de natuur in die gebieden kwetsbaar. Als soorten zich over een groter gebied kunnen verspreiden, zijn ze weerbaarder tegen veranderingen. De kans is dan bijvoorbeeld kleiner dat een ziekte in één keer de hele populatie doodt, en ook kan een soort gemakkelijker weerstand bieden tegen concurrentie. Dat zorgt er bijvoorbeeld ook voor dat natuurgebieden minder gevoelig worden voor de stikstofuitstoot in het omringende gebied.

Het is daarom belangrijk om kleine natuurgebieden met elkaar te verbinden. Dit gebeurt met zogenaamde ecologische verbindingszones (EVZ’s), zoals ecoducten en faunatunnels, die het mogelijk maken dat dieren en planten van het ene natuurgebied naar het andere migreren. Provincies hebben het aanleggen van deze EVZ’s in hun natuuraanpak verwerkt.

Door met nieuwe voorstellen voor natuurgebieden te komen voordat de ecologische verbindingszones aangelegd zijn, blijven we steeds met hetzelfde probleem kampen.

Geen nieuwe plannen

In veel provincies is het ontwikkelen van EVZ’s nog niet voltooid. Het realiseren daarvan duurt meerdere jaren. De provincie Noord-Brabant bijvoorbeeld verwacht pas in 2027 klaar te zijn met het aanleggen van alle EVZ’s. Dit heeft ermee te maken dat veel EVZ’s terecht moet komen op particuliere grond. Die moet dan opgekocht worden, of de EVZ moet in overleg met de eigenaar aangelegd worden, wat weer tijd en overleg kost.

Tegelijkertijd kan de aandacht voor het aanleggen van EVZ's verslappen doordat er alweer nieuwe plannen ontwikkeld worden. SGP-jongeren vindt die gang van zaken onverstandig. Door met nieuwe voorstellen voor natuurgebieden te komen voordat de EVZ's aangelegd zijn, blijven we steeds met hetzelfde probleem kampen. De oude natuurgebieden zijn dan nog altijd niet versterkt door middel van de EVZ’s, terwijl ook bij de nieuwe natuurgebieden weer het gevaar ontstaat dat het gaat om kleine snippers natuurgebied die kwetsbaar zijn.

SGP-jongeren roept daarom de landelijke en provinciale overheid ertoe op om eerst werk te maken van het aanleggen van EVZ’s voordat er wordt nagedacht over nieuwe plannen voor natuurgebieden. We willen in Nederland immers niet zomaar veel natuur, maar vooral goede natuur. Dat kan alleen als we onszelf de tijd gunnen om goed verbonden, weerbare natuurgebieden aan te leggen.