Donderdag 23 oktober 2025 zijn de nieuwe abortuscijfers over 2024 bekendgemaakt. Het aantal zwangerschapsafbrekingen bleef vrijwel gelijk aan het jaar daarvoor. Een diep zorgwekkend aantal van 39.438 keer werd het ongeboren leven beëindigd. Uit cijfers van de Inspectie Gezondheidszorg en Jeugd (IGJ) blijkt dat bij 659 vrouwen de woonplaats als ‘onbekend’ is geregistreerd en juist in deze groep was de stijging van het aantal abortussen het grootst.
De meeste abortussen vonden plaats bij vrouwen tussen de 30 en 34 jaar, gevolgd door de groep van 25 tot 29 jaar. In 88% van de gevallen vond de abortus plaats in de eerste twaalf weken van de zwangerschap, waarvan 79% zelfs binnen de eerste acht weken.
Het aanhoudend hoge aantal abortussen laat zien dat er in Nederland nog altijd te weinig wordt gedaan om het leven te beschermen en alternatieven voor abortus te stimuleren. De overheid zou veel meer moeten investeren in voorlichting over de waarde van het leven, goede opvang en ondersteuning van (ongewenst) zwangere vrouwen, en maatregelen die het krijgen van een kind weer mogelijk en wenselijk maken.
Een samenleving die het leven beschermt, juist het meest kwetsbare leven, is een samenleving met toekomst. Het is hoog tijd dat beleid en wetgeving weer duidelijk de kant van het leven kiezen.



